woensdag 29 februari 2012

Café de Gekte

Het is vrijdag en het is nacht.
Ik bevind mij in één van die weinige kroegen waar ik mij al jaren zeer onregelmatig bevind.
Een kroeg waar ik mij als tiener altijd te jong voelde, bedenk ik me nu.
Vreemd genoeg heeft dat gevoel mij nooit echt helemaal verlaten, ook al ben ik inmiddels de dertig gepasseerd.
Ik denk dat dat komt doordat er nog steeds ongeveer dezelfde mensen komen.
Al die jaren al, blijven ze maar komen.
Ze worden hier oud, onder mijn neus zie ik ze vergrijzen, hier in de kroeg.
Overdag kom ik er nooit, ik heb er geen zin in en geen tijd voor.
Maar 's nachts ben ik hier graag.
Ik nestel mij in een van die comfortabele lederen banken.
Ik drink mijn drank en observeer.
Dat is wat ik hier het liefste doe.
Want café de Gekte bevat een fascinerend schouwspel dat zich meer en meer voor je ogen ontvouwt, naarmate de tijd dieper de nacht in sluipt.
Naarmate de alcohol dieper de mens in kruipt.
Ik drink mijn drank en ervaar.
Hoe kunstenaars en muzikanten zich vergrijpen aan hun zoveelste glas.
Hoe artiesten en schrijvers hun beschonken ogen over het vrouwelijk schoon laten glijden.
Hoe de acteur tot in den treure poogt zijn vrouw te bedriegen.
Hoe de oude kerel wordt weggejaagd omdat hij weer niet kan betalen.
Hoe de poolballen enkel bij toeval nog de pockets bereiken, ondanks verwoede pogingen van de spelers om er een serieus lijkend spel van te maken.
Hoe de vrouw die ooit zo mooi gevonden werd al dansend in beschonken en onbeschaamde toestand haar lichaam op het biljart drapeert.
Hoe de kroegeigenaar nog een flinke teug neemt, terwijl hij naar buiten zwalkt om zijn stamgasten te omhelzen.
Hoe de ontwerper binnen en buiten, binnen en buiten waggelt, zijn wandeling eindigend tegen sluitingstijd, wanneer hij de slaap gevonden heeft op een bankstel.
Hoe grijzende mannen nog zo graag jongens willen zijn.
Hoe de alcohol de wereld hier binnen, alles wat hier leeft, lijkt te vertroebelen.
Hoe nuchter ik mij voel, vergeleken met hen.
Hoe ik geniet.
Van deze voorstelling, die zij opvoeren voor mij.
Zonder dat ze het weten.
Hoe het liedje in mijn hoofd verschijnt terwijl ik hen aanschouw.
Het liedje dat mij de rest van de nacht zal bijblijven.
Omdat het best mooi verwoordt wat ik hier om mij heen meemaak.
Ik zit er midden in, in dit prachtige chanson.
Ik maak weer eens een klassieker mee, vannacht.




Luister naar "De nuttelozen van de nacht" (J. Brel)


vrijdag 24 februari 2012

My temporary loves

I will always find a bird
to sit on my shoulder
and stay with me
if only for a while
at least
as long as I can give him
exactly what he needs


Afbeelding: Shuzo Ikeda


vrijdag 17 februari 2012

Vandaag ging ik niet dood

Het was zo'n dag waarop je op een tweesprong staat.
Waarop je twee totaal verschillende kanten op zou kunnen gaan met je leven
en je geen enkele andere optie hebt dan één van die richtingen te nemen.
Of gewezen te worden.
Want dat was het voor mij in dit geval.
Ik had geen keus, maar kon enkel afwachten welke richting het leven voor mij in petto had.
Zou ik linksaf moeten?
In dat geval zou het rustige vaarwater waar ik eindelijk in terecht was gekomen in één klap wederom een kolkende rivier worden.
Zou de controle weer wegglijden en de wereld zoals ik hem ken nogmaals op zijn kop worden gezet.
Als ik rechtsaf zou mogen, dan zou enkel opluchting klinken.
En alles voorlopig even blijven zoals het is.
Rustig, gezond en gelukkig.

Het was een spannende ochtend, met onderzoeken die ik lang voor me uit heb gesteld.
Precies om de reden zoals hierboven omschreven.
Ik wilde mijn vaarwater nog niet verlaten.
Nog een tijdje genieten van 'even helemaal niets aan mijn kop'.
Voor het geval ik linksaf zou moeten.
En het uit zou zijn met de pret.

Een knobbeltje, een piepkleine vreemdeling in mijn lichaam die daar eerder nog niet was.
Hij zit er nog steeds, maar bedreigt mij niet langer.
Ik mag rechtsaf.
Het is niets.
Ik ben gezond.
Maar wat doet die kleine indringer mij beseffen, zo zwaar beseffen.
Hoe waardevol het is, dat leven van mij.
Hoeveel geluk ik heb gehad tot nu toe.
Het had zomaar anders kunnen zijn.
Linksaf, kwaadaardig.
En daar ga je dan, ondersteboven.
Binnenstebuiten.

Nee.

Mijn leven verkeert in blakende gezondheid.
Mijn familie, de liefde, vriendschappen, allemaal gezond.
En ik besef maar al te goed hoe heerlijk dat is.
En hoe verschrikkelijk onvanzelfsprekend.
Want morgen kan alles anders zijn.
Kan daar ineens weer zo'n tweesprong langskomen.
Die je leven voor eens en altijd kan veranderen.
In goede of in kwade zin.

Dus ik pluk de dag.
Ik pluk mijn leven.
Ook al gebeurt er momenteel niet veel.
Maar hoe heerlijk is dat...









woensdag 15 februari 2012

Berendans

Ik ben niet bang voor zijn vertrek,
zoals ik dat voorheen was bij anderen.
Ik kan mij mijn leven prima voorstellen
zonder hem.
Ik vraag niet of hij bij me blijft.
Dat moet hij zelf maar bezien.

Vanmorgen werden we weer samen wakker.
Groot, warm lijf tegen het mijne.
Ik begin me al behoorlijk thuis te voelen,
zo naast hem.
Het voelt bijna alsof ik veilig ben.
Mijn beschermbeer.
Zolang hij er is kan me niets gebeuren.
Zo lijkt het.

Want ondertussen kruipen ze toch voorbij.
Die kleine drama's.
Steeds weer iets om je druk om te maken.
En toch voelt het rustig, hier in mijn hoofd.
Wij bewandelen een vreedzaam paadje samen.
Schuifelen een dansje,
dat we allebei goed kennen.
Het doet me goed.
Het dansje klopt.

En daarom ben ik niet bang.
Voor zijn vertrek,
maar ook niet voor zijn blijven.
Hij is bij me, hoe fijn.
Hij ziet me graag.
Knuffelt me nog eens.
En danst met mij.


Tekening: Janosch