vrijdag 26 april 2013

Kill your Darlings

Er was eens een man die een vogelhuisje voor mij bouwde.
Er zat geen deurtje in, hij wist niet dat dat moest.
Daardoor zou je het verlaten nestje niet kunnen verwijderen.
En zou er na het eerste nest dus nooit een nieuwe in komen.
Je kon er maar één keer in, in dat huisje.
Daarna nooit meer.

Toen ik hem ontmoette, leek alles heel vrij tussen ons.
Alles wat op binding leek, benauwde mij direkt.
Dus vrijheid, blijheid was de deal.

Maar hij vond mij leuk.
En toen leuker.
En toen leukst.
En hij sprak het uit.
En nog eens.
En nog eens.

Ik kreeg de kans niet.
De tijd niet om hem voorzichtig toe te laten.
Op mijn eigen tempo.
Mijn gebroken, dichtgelijmde hart weer open te stellen.

Hij bouwde een vogelhuisje.
Helemaal zelf, voor mijn verjaardag.
Met dakpannetjes, stuk voor stuk erop genageld.
Zoveel moeite heeft geen enkele man ooit voor me gedaan.
(Behalve mijn vader, die nog altijd mijn fietsband zou plakken.
Als ik dat zou vragen.
Wat ik natuurlijk niet doe.
Ik ben immers 34...
Maar dat terzijde.)

Ik ben weggerend.
Omdat ik geen adem meer kreeg.
Omdat ik een deurtje nodig had.
Zodat ik altijd weg kon vluchten.
Een nieuw nest kon bouwen, wanneer ik dat wilde.

Het huisje staat nog steeds op mijn tuintafel.
Ik heb het geen goede plek gegeven.
Zo zal er nooit een nest in komen.
Het zal altijd leeg blijven.
Er zal dan ook nooit iets uitvliegen.
En ik zal nooit weten wat ik mis.

Ik houd mezelf voor dat het minder pijnlijk is om alleen te zijn,
dan om steeds weer opnieuw alleen gelaten te worden.
Maar ondertussen denk ik regelmatig:
Heb ik mij vergist?
Als ik niet zo overspoeld was met liefdesverklaringen.
Als hij voorzichtiger met me was geweest.
Als ik niet zo bang was geweest om in een huisje terecht te komen,
zonder deur.
Was ik dan gebleven?
Zouden we dan nog samen zijn vandaag?

Schrap ik niet af en toe teveel goeie dingen weg...?








Geen opmerkingen:

Een reactie posten